Name: | Wietze Relou |
---|---|
City: | Helmond |
Country: | Netherlands |
Membership: | Adult Member |
Sport: | Hockey |
See the guidance at the top of this page to understand why you are not seeing interactive Hockey images.
Oefening A - B - C zijn drijfoefeningen met afronden op doel.
Doel van de oefening is controle over de bal als de speler in beweging is.
Oefening A Drijven op forehand en backhand door de pionnen, op rand cirkel bal op lijnen en afronden met een slag (https://youtu.be/0aMj0PuSKQE) of schuifslag/flats. Zorg dat de speler niet verder dan 2-3 meter in de cirkel komt ivm veiligheid keeper en achteropkomend verkeer.
TRAD pionnen iets verder uit elkaar en de spelers mogen nu alleen op hun forehand door de pionnen. men moet bochtjes gaan lopen en controle over de bal houden. Daarg de kinderen uit dat zij af en toe over de bal heen moeten kijken waar zij naar toe willen.
Afronden op doel met slag naar lange hoek. Hoe meer de kinderen oefenen op slaan hoe sneller zij het onder de knie krijgen. Middel om de slag makkelijker aan te leren is de stick korter vastpakken.
Oefening B hetzelfde als 1 alleen staan de pionnen nu niet achter elkaar.
Oefening C Drijfactie met bal aan de stick naar de rode pion, daar maakt men een actie naar rechts, controle voor de balken (lees insnijden in de cirkel en dan afronden met een slag.
Oefening D Pass oefening met afronden op doel.
1 drijft door het goaltje en passt de bal naar 2, 2 komt in de bal gelopen en stopt de bal let op rechter arm gestrekt en passt de bal naar 3, 2 loopt na de pass direct naar rechts en 3 passt de bal terug naar 2. Met een open aanname van 2 rondt zij de bal af op doel.
Open aanname is dat de bal voorbij het lichaam pas wordt aangenomen. Je staat dus al met je neus de goede kant in.
Doordraaien 1 -> 2 -> 3 -> 1
See the guidance at the top of this page to understand why you are not seeing interactive Hockey images.
Oefening 2-1
Waar moet je rekening houden met het spelen van een 2-1?
De bal start altijd links van het vak waar de aanvaller start. Waarom?
De starter drijft naar voren tot de verdediger naar hem toe komt. De andere speler zorgt dat hij-zij op de hoogte van de verdediger is maar wel zo dat hij-zij de bal nog kan ontvangen.
Als degene die is gestart met de bal de verdediger geeft gebonden (verdediger ziet alleen nog de aanvaller) dan geeft hij/zij de bal over de LVP linker voet pass en kan de 2e aanvaller versnellen en afronden op doel.
Inzicht krijgen in het uitspelen van een 2-1.
TRAD
rechts start met de bal.
2e verdediger op rand cirkel 1e verdediger mag tot de stippellijn verdedigen. 2x 2-1
Eindspel is partij, ben hier creatief in en probeer het competitief te maken.
© Copyright 2022 Sport Session Planner Ltd.
Developed with Partnership Developers, a division of Kyosei Systems.
Animation Controls (PCs, Macs, Laptops):
Play animation
Play step-by-step
Repeat (toggle)
Full Screen
Pause
Stop
Back/Forward: Drag timeline button
W-up & basis techniek
Start de trainingen mt enkele basis afspraken.
Denk voor dat je het veld op gaat daar goed over na.
Op tijd komen / materiaal / ballen halen / luisteren / veiligheid ed.
Warming up is zeker aan het begin van de training belangrijk.
Inlopen en warming up kan op het gras zodat er geen dure tijd verloren gaat op het veld.
Inlopen 2-5 van zijlijn naar zijlijn elke week30 sec langer.
Loopoefeningen huppelen kruisjassen knieheften hakken billen ed
Loopspellettjes tikkerje overlopertje en alles wat daar op lijkt
Zie ook de warming up app van de knhb
Goed inlopen voorkomt blessures zeker als kinderen enkele weken niets gedaan hebben.
Opbouw training
Zelf met de bal aan de slag (techniek oefeningen en drijven met de bal)
Passing van de bal 2-tal -> 4 tal stilstaand -> in beweging
Pass oefening met afronden op doel
Overtal spelen herkennen en uitspelen
Partij spel
1e training
Na Warning up
Elk kind 1 bal en eerst weer laten wennen aan de bal.
Forehand drijven / forehand bochtjes laten maken / liften en hooghouden van de bal
Indian dribbel (forehand backhand eerst in stilstand daarna in beweging. Daag de kinderen uit als het goed gaat de beweging groter te maken.
Tekening 1
Oefening 1 2-tal overspelen met push en duwpass. Push duwen van de bal Duwpass bal iets los van de stick en bal vooruit tikken handen uit elkaar. Duwpass is een watertechniek waar het lichaam hoog blijft.
TRAD (tijd / richting / afstand / druk) daag de kinderen uit
doeltje in het midden waar de bal doorheen moet
Spelletje wie heeft het eerst 10x achter elkaar de bal door het doeltje gespeeld.
Oefening 2 Hetzelfde als 1 alleen is de techniek nu de schuifslag/flats en met dezelfde uitdagingen.
Oefening 3 Schuifslag/flats is de techniek en elke speler staat voor een goaltje. Je probeert bij elkaar te scoren echter als de bal naast gaat moet degene die de bal speelt de bal gaan halen. Dus kwaliteit van de pass is nu erg belangrijk anders mag je de bal gaan halen. Zelf goed kijken naar de afstand en veiligheid.
Oefening A drijf actie op de forehand met duwpass of push. 3-tal of 4-tal
Let op houding van het drijven. Linker elleboog moet uitsteken, bal voor het lichaam drijven en niet er rechts van. Drijven is altijd contact houden tussen bal en stick. Als je de bal voelt dan kan je proberen met je hoofd over de bal te kijken en zie je waar je naar toe moet passen. Bij het spelen van de bal komt de bal even los en duw je de bal naar de wachtende medespeler.
Oefening B
Drijfactie met beweging naar rechts (dummy)
Je begint weer met dijven naar de rode pion en dan maak je een actie naar rechts op je forehand. Als je de bal weer onder controle hebt pass je deze door naar de wachtende medespeler.